40. De katholieken leren, dat door het verbod: “Gij zult niet doodslaan,” ook het doden van het kind in de moederschoot, de abortus provocatus, verboden wordt, zelfs als dat nodig is om de moeder te redden. Maar waarom zijn ze dan niet consequent, en veroordelen zij de medicus niet, die door het nalaten van abortus oorzaak is, dat niet slechts het kind, maar ook de moeder sterft, en dus twee doden op zijn geweten heeft?
De katholieke leer veroordeelt de abortus provocatus, omdat en
inzover die een rechtstreeks doden is van het nog ongeboren kind. In
dat geval stelt de medicus een handeling, die als eerste en
onmiddellijk resultaat heeft, dat dit kind wordt gedood; en als hij
zo de moeder redt, doet hij dat enkel en alleen door haar kind te
doden. Welke techniek daarbij wordt gebruikt en welke latijnse naam
er aan wordt gegeven, maakt daarbij geen verschil. Dit is in strijd
met het vijfde gebod.
Als de medicus de
abortus nalaat, kan het eindresultaat zijn, dat er twee sterven in
plaats van een: nl. moeder èn kind in plaats van het kind
alleen. Dat klinkt natuurlijk heel erg, vooral als men naar voren
brengt, dat het kind zelf dus helemaal geen voordeel heeft gehad van
het nalaten van de abortus. Maar dan vergeet men één
ding: moeder en kind zijn gestorven, omdat de dokter iets naliet, wat
hij niet mocht doen. En dat is juist de beslissende factor bij
de beoordeling.
De Katholieke Kerk houdt vast aan de leer,
dat het doel de middelen niet heiligt. Als men het leven van een mens
alleen zou kunnen redden door een ongeoorloofd middel, dan is dat
precies hetzelfde, alsof men die mens helmaal niet kon redden. En
abortus is nu eenmaal het doden van een, zij het nog ongeboren kind,
en daarom ongeoorloofd.
Daaruit volgt, dat men
niet mag zeggen: een dokter, die geen abortus plegen wil, is
verantwoordelijk voor een schuldig aan het sterven van moeder en
kind. Want van verantwoordelijkheid en schuld kan er alleen sprake
zijn, als iemand een werkelijk verzuim heeft gepleegd, d.w.z. als hij
nagelaten heeft iets te doen, wat hij kon en moest doen. Als wij iets nalaten, omdat het een zaak is,
waarmee we niets te maken hebben, of omdat we er niet toe in staat
zijn, of omdat het ons verboden is, zijn we niet verantwoordelijk
voor de gevolgen daarvan. Men zal toch ook niet zeggen: je bent
schuldig aan de moorden, die een ander pleegt, omdat je die
moordenaar vroeger hebt gekend en toen niet uit de weg hebt
geruimd.
Zo’n werkelijk verzuim wordt er echter in
ons geval niet gepleegd, omdat de dokter geen abortus teweeg mag
brengen. En dus kunnen we hem niet verantwoordelijk of schuldig
noemen.
Deze katholieke leer lijkt voor het menselijk gevoel
ontegenzeggelijk koud en hard en onverbiddelijk. Maar het is heel
gevaarlijk om ons oordeel op het gevoel te laten berusten.
Uit: de meest gemaakte moeilijkheden, door Prof. Felix Otten O.P. en Dr. C.F. Pauwels O.P.