terug

39. De katholieken zijn niet consequent, ja zelfs niet eerlijk in hun opvatting over het beleven van het huwelijk. Want zij zijn zeer sterk gekant tegen kinderbeperking volgens de methode van het neo-malthusianisme; maar zij laten wel de zgn. periodieke onthouding volgens de methode Ogino-Smulders toe, en die komt immers op precies hetzelfde neer?

De katholieken zouden zeker inconsequent zijn door het neo-malthusianisme te bestrijden en de periodieke onthouding toe te laten, als zij werkelijk op hetzelfde neerkwamen en er tussen beide geen diepgaand verschil bestond. Maar dat is er wel!
Dat verschil bestaat hierin, dat, terwijl het neo-malthusianisme en de periodieke onthouding beide het krijgen van kinderen zoeken te voorkomen (in zover bestaat er werkelijk overeenkomst), het neo-malthusianisme daartoe gebruik maakt van tegennatuurlijke en de periodieke onthouding van natuurlijke middelen. En dat verschil is even groot als de tegenstelling tussen dag en nacht. We zouden het kunnen vergelijken met het verschil tussen het ontvangen van een erfenis van iemand, die gewoon van ouderdom gestorven is, en het ontvangen van een erfenis van iemand, die door de erfgenaam zelf vermoord is. Het gebruik van neo-malthusiaanse middelen betekent een gewelddadig tegengaan van de loop der natuur; een gebruiken van kunstmatige middelen om te zorgen, dat de huwelijksdaad, die bij normale voltrekking, dus zonder die middelen, een bevruchting en daarmee het krijgen van kinderen als gevolg zou kunnen hebben, van dat gevolg wordt beroofd. Een dergelijke gewelddadig ingrijpen gaat dus tegen de natuurlijke orde in en is daarom zonder voorbehoud te veroordelen; neo-malthusiaanse middelen zijn in zichzelf slecht en het gebruik ervan kan door geen enkel doel gewettigd worden. Daarom heeft de Kerk deze praktijken veroordeeld, niet slechts op grond van de openbaring, maar op grond van de natuurwet zelf.
De periodieke onthouding daarentegen berust op een meer nauwkeurige kennis van de loop der natuur en is feitelijk niets meer dan een handig gebruik maken van die kennis.
Want door de werking van de natuur zelf zijn er perioden waarin de huwelijksdaad veel, en andere perioden, waarin deze weinig of geen kans heeft bevruchting teweeg te brengen; dat hangt samen met de toestand van de vrouw, zoals die door de natuur zelf geregeld is. Als men nu het stellen van de huwelijksdaad naar die perioden regelt, kan men, alleen krachtens de variaties in de loop van de natuur zelf, het krijgen van kinderen met grote kans van slagen trachten te voorkomen.
Een dergelijke handelwijze is dus geen gewelddadig ingrijpen in de natuurlijke orde der dingen, maar alleen een verstandelijk berekend gebruik maken van de natuur. En dus is er in deze handelwijze op zichzelf beschouwd niets verkeerds.
Daaruit volgt niet, dat iedereen en om iedere reden de periodieke onthouding mag toepassen; er zijn ook nog andere factoren, waarmee men in het huwelijksleven rekening moet houden. En het kan zijn, dat mensen, die de periodieke onthouding leven, wat hun bedoeling betreft nog slechter zijn dan degenen, die van neo-malthusiaanse middelen gebruik maken. Maar dan ligt hun slechtheid in ieder geval niet in de methode, die zij toepassen; en daar gaat het hier over.
Met deze katholieke opvatting zijn velen het wel niet eens; maar als zij de zaak goed bezien, hebben zij in ieder geval geen recht om aan de katholieken gebrek aan consequentie of oneerlijkheid te verwijten.

Uit: de meest gemaakte moeilijkheden, door Prof. Felix Otten O.P. en Dr. C.F. Pauwels O.P.