www.ecclesiadei.nl
Introibo ad Altare Dei
Hoofdpagina | Tridentijnse Liturgie | Documenten | Bedevaarten | Links | Contact 
 www.ecclesiadei.nl / documenten / dossiers / Michael Davies / De Romeinse Traditie in Nigeria

DE ROMEINSE TRADITIE IN NIGERIA

Michael Davies
Vertaling: A.F.M. Bongers
Bron: Katholiek Maandblad, Nr. 4, 2002

In augustus 2001 kreeg ik een brief uit Nigeria. Hij kwam van een jonge Nigeriaanse priester, pater Evaristus Eshiowu. Hij schreef, dat het lezen van enkele van mijn boeken hem in 1998 op weg naar de traditie hadden geholpen in 1998. Tijdens een voortgezette studie in de U.S.A. had hij de gelegenheid deel te nemen aan een traditionele H. Mis en met toestemming van zijn bisschop werd hij lid van de Priesterbroederschap St. Petrus. Toen hij naar Nigeria terugkeerde verzocht hij zijn bisschop om toestemming de traditionele H. Mis in te voeren en nu is de bisschop, zoals pater Evaristus schreef, "met zo enthousiast als ik, de oude Latijnse H. Mis weer opgedragen te zien aan een altaar van zijn eigen diocees." Het enthousiasme van zijn bisschop ging zo ver, dat hij pater Evaristus de grond schonk voor de bouw van een kerk, exclusief voor het celebreren van déze H. Mis. Ofschoon pater Evaristus de oude H. Mis sinds 1999 opdraagt, organiseerde hij een officiële eerste H. Mis voor de 8ste december 200 1, het feest van de Onbevlekte Ontvangenis. Pater Arnault Devillers, generaal-overste van de Priesterbroederschap St. Petrus, had beloofd voor deze Mis naar Nigeria te komen en pater Evaristus verzocht mij ook naar Nigeria af te reizen om daar op dezelfde dag Una Voce Nigeria te stichten. Hij gaf ook uitdrukking aan zijn hoop, dat Una Voce geld zou kunnen geven om de bouw van de kerk te ondersteunen.

Ik moet toegeven dat ik over dit idee niet laaiend enthousiast was. Ik realiseerde mij, dat ik me een hele serie vaccinaties tegen ziekten als gelekoorts, polio en hepatitis A moest laten welgevallen, om maar helemaal te zwijgen over de allesbehalve lekker smakende en daarbij nog dure anti-malaria tabletten. Bovendien werd ik gewaarschuwd dat Nigeria een van de gevaarlijkste landen van Afrika is om te bezoeken. Ondanks alles besloot ik toch op reis te gaan om een zo geëngageerde jonge priester niet teleur te stellen. In het volgende verslag wil ik mij niet tot de invoering van de klassieke liturgie in Nigeria beperken, maar enkele anekdotes vertellen van mijn bezoek, die hopelijk niet alleen maar interessant zijn, maar er ook toe mogen bijdragen de materiële welstand te waarderen die God ons geschonken heeft. Toen ik op dinsdag 4 december 200 1 op de luchthaven Heathrow aankwam moet ik toegeven, dat ik mij lichtelijk onwel voelde toen ik de schier eindeloze rij Nigerianen zag, waarvan elk minstens vier koffers droeg, om maar helemaal te zwijgen over de grote, met strikken dichtgebonden, kartonnen dozen. Hoe, zo vroeg ik mij af, moet die Boeing 747 met zoveel bagage aan boord en zonder een enkele vrije plaats in de economyclass ooit van de grond komen? Nou ja, op de een of andere manier kwam hij 's avonds om kwart over tien toch van de grond en streek de andere ochtend om kwart over zes in Lagos neer. Ik wachtte bijna een uur eer mijn koffer opdook en was al bang die hij verloren was gegaan. Daar kwam er een man op mij toe die vroeg of ik Michael Davies was. Hij heette Patrick en was gekomen om mij af te halen. Eindelijk verscheen mijn koffer, bijna als laatste. Patrick nam hem op en wij gingen naar de douane en de immigratie. "Dit is een vriend van mij", zei Patrick. Wij liepen door zonder halt te houden en werden meermaals gegroet. Later ontdekte ik dat Patrick een bekende televisiespreker was. Ik werd begroet door de paters Evaristus en Devillers, wij ontbeten en reden met de auto naar de bondsstaat Imo.

De rit duurde 9 uren. Wij werden gereden door een lid van pater Evaristus' traditionele parochie, een automonteur, die zo uit een professioneel formule 1 raceteam gekomen kon zijn. De straten waar we reden waren bezaaid met gaten en er scheen geen regel te zijn aan welke kant van de weg men moest rijden. Als er gaten opdoken weken de chauffeurs gewoon naar de andere kant van de weg uit zonder te remmen en zonder rekening te houden met tegenliggers. Wij ontmoetten lange rijen nutsvoertuigen en bussen van alle afmetingen, allemaal zo zwaar beladen dat ze bijna door hun assen gingen. Op de meeste daarvan waren afbeeldingen geschilderd van onze Heer, de Moeder Gods of de H. Michael, met onderschriften als "Jezus is mijn Heer", "Vertrouw op Maria", "Christus Koning" of die welke ik het beste vond - "Onderzoek je geweten" -iets wat ik op deze reis bij herhaling gedaan heb. Geen enkele retraiteleider heeft mijn denken ooit zo levendig op de dag des oordeels kunnen richten als de chauffeur van pater Evaristus. Toen wij uiteindelijk in de provincie Imo aankwamen waarschuwde pater Evaristus pater Devillers en mij, dat wij veelopzien zouden baren, omdat wij de eerste blanken waren die de jongere generatie zag. Hij had gelijk.

Steeds als de auto langzamer reed omdat we door een stad of een dorp kwamen, werden er lachende gezichten tegen de portierramen gedrukt, er werd gezwaaid en de woorden "witte man" werden enthousiast in het Igbo (de locale taal) geroepen. Gedurende de Biafra oorlog (1967-1970) bleven de Ierse priesters bij hun kudde, wat men hun nog aanrekenen moet, en zo werden zij door de tolerante en vredelievende moslims na hun overwinning uitgewezen.

Voor wij naar het retraitehuis gingen, waarin wij ondergebracht waren, nam pater Evaristus pater Devillers en mij mee voor een ontmoeting met de bisschop, die een weerspiegeling was van de cultuur en de spiritualiteit die men bij een katholieke prelaat verwacht. Hij begroette ons heel hartelijk en nodigde ons nadrukkelijk uit hem gedurende ons bezoek te bezoeken. Toen wij bij ons kwartier aankwamen werden wij begroet door enkele zeer katholiek uitziende nonnen. Ik was' een beetje verrast, dat er boven mijn bed geen muskietennet hing, maar men bracht mij bij dat het droge tijd was en dat er dan geen muskieten zijn - en ik had nog wel 75 Amerikaanse dollars voor malariatabletten uitgegeven!

Het feest van Maria Onbevlekt Ontvangen was op zaterdag en de twee dagen die er daarvoor nog waren nam pater Evaristus ons mee naar enkele met hem bevriende priesters en naar het heiligdom van O.L. Vrouw waar zaterdag de Mis zou worden opgedragen. De beide priesters lazen de Mis donderdag en vrijdag bij het heiligdom. Ik was diep onder de indruk van de misdienaars. De jongens hadden tot in de perfectie geoefend. Bij dit heiligdom zal pater Evaristus zijn kerk bouwen. De fundamenten zijn al gelegd.

Ik vroeg pater Evaristus een bezoek aan een school voor mij te regelen. Omdat ik dertig jaar onderwijzer geweest ben, koesterde ik de wens een Nigeriaanse school met een Britse te vergelijken. Mijn aankomst bij de school zorgde bijna voor een oproer, omdat geen der kinderen en maar weinig onderwijzers ooit een blanke hadden gezien. De kinderen droegen leuke geel-blauwe uniformen en waren heel hoffelijk. Ik bezocht een klas voor 11-jarigen, de leeftijdsgroep die ik onderwezen had, en was verrast dat zij in mathematica hun Britse leeftijdsgenoten twee jaar vooruit waren. Ook hun Engels was op een uitstekend niveau en de inhoud van het godsdienstonderricht zou voor veel Britse kinderen van de middelbare school te hoog gegrepen zijn geweest. Het bedroefde mij te zien dat ieder kind slechts twee oude en tamelijk beduimelde schoolboeken had, een voor mathematica en een voor Engels, en dat één enkel schrift werd gebruikt voor alle vakken. Nog verdrietiger maakte mij, dat er in de hele school geen enkel boek was om te lezen, geen een. Het zou een prachtig gebaarzijn als katholieken uit Engelstalige landen deze school een paar boeken zouden kunnen sturen, die hun eigen kinderen niet meer lezen. Ik denk daarbij aan vertellingen, sprookjes, heiligenlevens, traditionele godsdienstige literatuur, boeken over dieren, aardrijkskunde, eenvoudig alles wat elf-jarigen en jongere kinderen kan interesseren. Boeken voor vijf- en zes-jarigen zouden bijzonder nuttig zijn. Ze zouden met de gewone post aan pater Evaristus kunnen worden gestuurd, want luchtpost is ongelooflijk duur; en ik zou dan voorstellen kleine pakjes met niet meer dan ongeveer zes goedverpakte boeken te sturen. Stel je eens voor wat voor indruk dat op deze school zou maken als er honderd lezers gehoor geven aan de oproep en ieder een half dozijn boeken zou sturen! Hier is het adres:

Falher Evarislus Eshiowu
Lalin MassAposlolale
PO. B. 430
ORLU
Nigeria

Op deze avond werden de beide priesters en ik bij de bisschop op het avondeten gevraagd. Hij bedankte pater Devillers en mij uitbundig, dat wij pater Evaristus in zijn belangrijk apostolaat sterkten. Op het feest van Maria Onbevlekt Ontvangen zagen wij op weg naar het heiligdom enige honderden meisjes op weg naar school, allemaal in hun leuke, frisse en zeer opvallende uniformen. Ik vroeg pater Evaristus waarom er geen jongens op weg naar school waren. Hij verklaarde dat er maar weinig jongens naar de middelbare school gingen, omdat zij moeten werken om zodoende bij te dragen in het levensonderhoud van het gezin en de familie. In Nigeria bestaat er geen sociaal systeem van de overheid, er is geen van de overheid uitgaande medische zorg, en AOW of andere overheidspensioenen bestaan niet. Het is de taak van iedere familie afzonderlijk om te zorgen voor de armen, de zieken en de bejaarden.

In iedere stad en ieder dorp, waar het verkeer langzamer wordt, worden de auto's belegerd door jongens in de leeftijd van twaalfjaar en ouder, die proberen de voorruit te wassen of iets van vruchten, noten of brood tot aan Coca Cola te verkopen. Op de steile helling bij het retraitehuis zijn jonge jongens en soms ook meisjes zo lang het licht is bezig met het uitgraven van stenen, die zij in kleine korfjes de heuvel afdragen naar de straat, waar zij ze in grote verzamelkorven leegschudden om daarna weer de helling op te gaan. Dat doen ze bijna iedere dag het hele jaar door, behalve op de belangrijkste feestdagen, en in de loop van het jaar moeten zij steeds verder omhoog klimmen en afdalen om stenen uit te graven, die als fundament voor nieuwe gebouwen gebruikt worden. Grote hopen van deze stenen lagen naast het fundament van pater Evaristus' kerk. Altijd als wij voorbij kwamen liepen deze knaapjes naar onze auto, zwaaiden, lachten en riepen: "Pater, pater!" als ze pater Evaristus zagen, en "Witte man, witte man!" als ze pater Devillers en mij zagen.

Wij bereikten het heiligdom twee uur voor de Mis begon. Minstens 500 gelovigen (bijna uitsluitend vrouwen) waren er al bijeen gekomen en baden de rozenkrans. In Nigeria bestaat een rozenhoedje uit 15 tientjes. Het geluid van gregoriaans gezang was te horen, en enige honderden meters verderop trof ik een koor aan (bijna alleen vrouwen) dat het Gloria oefende. Pater Devillers en ik luisterden, wat hun zeer leek aan te staan. Zij vertelden ons van het ongeduld waarmee ze er op wachtten om in de H. Mis te zingen. Wij lieten ons met hen op de foto zetten. Nigerianen houden er van gefotografeerd te worden. Familieleden van pater Evaristus kwamen aan. Hij stelde ons aan hen voor en weer moest er een foto gemaakt worden. Iedere minuut arriveerden er meer mensen voor de H. Mis, de overgrote meerderheid waren vrouwen. Hun mannen en zonen moeten werken. Drie monsignori en enkele diocesane priesters kwamen aan en ook een televisieteam, en tenslotte begon de H. Mis. Het aantal mensen was inmiddels tot boven de 2500 gegroeid, de meesten bevonden zich buiten het heiligdom, maar dat was geen probleem: het bestaat immers slechts uit een dak zonder muren. Er waren doeken gespannen om de menigte tegen de zon te beschermen.

De H. Mis was een van de meest ontroerende momenten van mijn hele leven: ik heb nog nooit zo horen zingen, zelfs niet eens in Chartres. De hele menigte zong het Ordinarium in volkomen harmonie, sommige met tranen in de ogen. De uitreiking van de H. Communie duurde bijna een uur, ofschoon een derde priester pater Devillers en pater Evaristus assisteerde. Ondertussen zong het koor in het Latijn en in de volkstaal en iedereen, maar dan ook iedereen, zong mee. De Igbo-hymnen ter ere van de Moeder Gods waren buitengewoon schoon en werden in volmaakte harmonie gezongen. Ik kan zeker bevestigen nooit sterkere religieuze gloed en devotie te hebben beleefd dan in deze H. Mis. De Igbo zijn een volk voor wie het katholieke geloof meer betekent dan wat dan ook in hun leven.

Na de H. Mis vond een begroetingsceremonie plaats, die door een stamhoofd met een kostelijk gevoel voor humor werd geleid. Vertegenwoordigers van vijf diocesen lazen grondig voorbereide welkomstboodschappen voor voor pater Devillers en mij. De vertegenwoordigers telden met een goed katholiek instinct, wat Dietrich von Hildebrand de sensus catholicus noemt, de misbruiken op die er in veel Nigeriaanse diocesen bestaan en die juist in de H. Mis onverdraaglijk zijn. Zij beklaagden zich over dansen tijdens de Mis, over handgeklap, handopleggingen, spreken in tongen, over het vervangen van katholieke hymnen door het surrogaat van protestantse pinkstergezangen, het staan tijdens de ontvangst van de H. Communie, over de handcommunie, de communiehelpers en -helpsters, over de verwijdering van heiligenbeelden uit de kerken en over boetevieringen in plaats van de persoonlijke biecht. Het is hartverscheurend te zien hoe het geloof van zo vrome katholieken door deze misbruiken wordt uitgehold. Voor pater Evaristus is er maar één oplossing mogelijk: de terugkeer tot de traditionele Tridentijnse H. Mis.

Ik had een ontmoeting van meerdere uren met de vertegenwoordigers van verscheidene bisdommen, aan wie ik uiteenzette hoe zij Una Voce-groepen in hun diocesen konden oprichten en hoe ze een nationale organisatie kunnen opbouwen. Het is goed mogelijk dat Nigeria in de komende jaren traditionele priesters naar de landen van de "Eerste Wereld" zal sturen. Dat zou zeker een bron voor roepingen zijn. Pater Devillers sprak tijdens ons oponthoud met twee potentiële kandidaten voor zijn seminarie. Wij spraken ook met veel gelovigen die bij de H. Mis aanwezig waren. Ik herinner me in het bijzonder een vrouw die pater Devillers de zegen vroeg, opdat zij een zoon zou krijgen. Zij had twee dochters, maar haar man had gedreigd haar te verlaten en te hertrouwen als zij hem geen zoon zou geven. Ik dacht dat de pater haar een eenvoudige zegen zou geven, maar hij opende zijn Rituale en las een lang Latijns gebed, wat een grote troost voor de ongelukkige vrouw was. Zij vroeg ook mij voor haar te bidden, wat ik sindsdien steeds doe. Ik hoop dat de lezers zich hierbij aansluiten.

Pater Evaristus stelde voor dat ik van Port Harcourt, dat ongeveer 100 kilometer ver is, naar Lagos terug vlieg en niet nogmaals een rit van 9 uur op me neem. Mijn reisbureau had geweigerd welke binnenlandse vlucht ook voor me te boeken, omdat zij als onbetrouwbaar te boek staan. Na de rit was ik blij met het aanbod, maar zou ik een plaats kunnen boeken? Het ging niet. Er was geen mogelijkheid de luchthaven te bereiken. Zou ik de vlucht met mijn creditcard of travellers cheques kunnen betalen? Daar zou ik wel achter komen als ik daar aankwam. Ter plaatse kregen we te horen dat creditcards niet konden worden geaccepteerd, dat er geen geldwisselkantoor was, en traveller-cheques werden niet aangenomen. Of ik niet wat contant geld had? Ja. Welke valutasoort? Brits pond. De chef van de incheck afdeling dacht dat hij me zou kunnen helpen. Ik volgde hem naar buiten en pater Evaristlis volgde ons; hij beschermde mij als een grote broer. De bureauchef vond een dubieus uitziend individu, dat dacht dat hij wel een paar honderd ponden voor mij wisselen kon. Ik had voor de vlucht ongeveer 60 US dollars nodig. Pater Evaristlis controleerde of ik het juiste bedrag terug kreeg. Ik keerde naar de incheckbalie terug waar mijn naam in een boek werd geschreven en ik een ticket kreeg. Ik gaf mijn koffer af, kreeg een kwitantie en het nummer daarvan werd in een ander boek ingeschreven. Pater Evaristlis zei dat hij zou proberen Lagos op te bellen om er voor te zorgen dat iemand mij zou afhalen. Ik zou niet op de internationale luchthaven aankomen, maar op een kleine luchthaven voor binnenlandse vluchten, die aan de andere kant van de stad lag. Als er niemand zou zijn om mij af te halen mocht ik in geen geval een taxi nemen. Men zou mij bijna zeker ergens heen rijden, mijn eigendommen zouden gestolen worden en ikzelf waarschijnlijk vermoord. Hij liet mij beloven zonder een van zijn vrienden geen taxi te nemen en deed tot aan mijn vertrek meerdere vergeefse pogingen Lagos op te bellen. Het lijkt er op dat men er in Nigeria van uit moet gaan dat men niemand bereikt als men opbelt, en aangenaam verrast moet zijn als het tóch lukt. Pater Evaristlis verzekerde mij dat hij zou blijven proberen zijn vrienden te bereiken. Blijkbaar had hij geen succes, want toen ik om één uur in de middag aankwam, was er niemand om mij af te halen.

Er was geen oponthoudsruimte, noch voor arriverende noch voor vertrekkende reizigers. Er was geen telefoon en geen enkele gelegenheid om iets te eten of te drinken te kopen. Ik maakte me helemaal geen zorg, zat op mijn koffer en ging door met lezen in mijn John Le Carré roman. Na ongeveer een kwartier kwam een beeldschone jonge vrouw naar mij toe en vroeg of ik op iemand wachtte. Ik zei ja en ze nodigde mij uit in haar kantoor te wachten, dat slechts uit een loket bestond. Ik legde haar uit, dat ik, als er niemand kwam om mij af te halen, een hotel voor een nacht zowel als een mogelijkheid moest zoeken de volgende ochtend voor half negen naar de internationale luchthaven te komen. Zij dacht dat voor mij te kunnen regelen als er voor zes uur, als haar dienst er op zat, niemand voor mij geweest was. Ik was heel dankbaar. De jonge vrouw heette Tina. Ze vroeg mij of ik katholiek was -niet erg Brits, want wij stellen niemand vragen over zijn godsdienstige of politieke instelling. Maar omdat zij geen Britse was, neem ik aan, dat men haar dat niet kan verwijten. Toen ik de vraag bevestigend beantwoordde vroeg zij mij naar mijn rozenkrans. Zij leek zeer tevreden gesteld te zijn toen ik deze aan haar liet zien en zij vertelde mij dat zij de rozenkrans liefhad en altijd bij zich droeg. Zij informeerde naar wat mij naar Nigeria had gevoerd en was heel geïnteresseerd toen ik het haar vertelde. Haar eveneens heel aardige zus kwam aan en ging bij ons zitten.

Omdat er om zes uur nog niemand geweest was om mij af te halen, wilde Tina een taxi halen en mij naar het hotel brengen. Of ik naar het Sheraton wilde? Absoluut niet! ! Men had mij er voor gewaarschuwd dat een kamer daar minstens 200 dollars per nacht kostte. Wat voor hotel ik dan wilde? Een met een bar. Zij kende er een met een bar en met kamers die ook een bad hadden. Of het creditcards accepteerde? Nee. Reischeques? Nee. Ik had nog maar 70 dollar over. Zou dat genoeg zijn voor het hotel, de taxi daarheen en de taxi naar de luchthaven morgenochtend? Zestig dollar was genoeg. Deo gratias. Zo zou ik zelfs nog wat geld voor de bar overhouden. Ik gaf Tina al mijn contant geld en zij verliet de luchthaven om iemand te zoeken die het zou kunnen wisselen. Na ongeveer een kwartier keerde zij met Nigeriaans geld terug. Ze nam mijn koffer en haar zuster de koffer op wieltjes. Ik protesteerde en zei dat in Engeland jongedames geen koffers sleepten. Ze antwoordden dat ze het in Nigeria wel deden! Ze brachten me naar een taxi met een heel vriendelijke chauffeur. In het hotel aangekomen onderhandelde Tina en kreeg een korting. Zij ging me voor naar de kamer en vroeg of ik tevreden was. Na zeven Chartres-voettochten is een kamer met bad het toppunt van luxe. Ik was meer dan tevreden. Het feit dat er zowel uit de warmwater- als uit de koudwaterkraan alleen maar koud water kwam kon me niets schelen. Tina gaf me een bundel Nigeriaanse bankbiljetten. Zou ik er daarvan nog nodig hebben voor de taxi morgen? Nee, daarvoor was gezorgd: de taxichauffeur die mij naar het hotel had gebracht zou mij om 8 uur afualen. Hij was een goede katholiek. Was zij er zeker van dat ik op tijd zou aankomen? Zij was er niet slechts zeker van, zij zou met me meegaan. En dat deed ze echt, samen met haar zus. Ze kwamen om kwart voor acht aan, uiterst elegant gekleed; zo hadden ze op audiëntie bij de koningin op Buckingham Palace kunnen gaan. Toen wij op de luchthaven aankwamen stonden beide jongedames er op mijn bagage te dragen. Ze zouden me graag hebben vergezeld naar de incheckbalie, maar een zwaar bewapende politieman aan de deur zei dat ze er alleen met een geldig ticket in mochten. Tina legde haar hand op de arm van de politieman, schonk hem een hartveroverende glimlach en zéi slechts: "Ach, alsjeblieft!" En we mochten doorlopen. Wat had een man anders kunnen doen? In scherp contrast met de lange rijen mensen op de luchthaven Heathrow waren er hier maar weinig mensen die er op wachtten Lagos te verlaten. Nigerianen vliegen met Kerstmis naar huis, zij verlaten hun land niet tijdens de feestdagen. Als ik geen Brit was geweest, Zou ik een traan hebben moeten wegpinken toen ik afscheid nam van deze aardige katholieke meisjes. Toen ik er later over nadacht kwam ik tot de slotsom dat zij niet echt mensen waren, maar mijn schutsengelen, en als Welshman heb ik er daar twee van. Nu echter leek het ongeluk zijn loop te nemen. Ik heb verteld hoe ik door een vriend van pater Evaristus langs de douane en immigratie-ambtenaren gesluisd werd toen ik aankwam. Toen ik nu de beambten van de immigratiedienst mijn paspoort toonde om in de wachtkamer toegelaten te worden, verwonderden die zich nogal: blijkbaar was ik nooit in Nigeria aangekomen. Hoe kon ik het land dan verlaten? Er stond geen inreisstempel in mijn pas. Hoe kon ik dat verklaren? Het leek mij verstandig hier geen verklaring voor te geven. De chef van de ambtenaren werd er bij geroepen en hij gaf mij een ernstige vermaning: als ik weer naar Nigeria zou komen, moest ik mij bij de immigratiedienst melden om een stempel te krijgen. Ik beloofde dat en kon doorlopen.

De vlucht naar huis ging over de Sahara. Dat was een heel nieuwe belevenis. Het was een verschrikkelijke, zelfs schrikwekkende ervaring om over bergen en eindeloos zand te vliegen zonder één teken van leven. Ik was bedroefd dat ik de bondsstaat Imo moest verlaten en daarmee de vurigste, meest enthousiaste katholieken die ik ooit heb mogen leren kennen. Bijna iedereen die ik ontmoette vroeg mij terug te komen en ik beloofde weer te komen als de kerk vóór mijn terugtreden als president van Una Voce in oktober 2004 zou worden gewijd. Ik beloofde pater Evaristus alles wat in mijn macht was te doen om geld voor de bouw van de kerk bij elkaar te krijgen. De geloofwaardigheid van de jonge traditionele beweging in Nigeria hangt af van de snelle voltooiing van de bouw. Ik ben ervan overtuigd dat pater Evaristus' apostolaat van bijzondere betekenis is voor onze beweging, en daarom wil ik u vragen grootmoedig te zijn, en ook grootmoedig in de toezending van boeken voor de school.